Nieuw vakjargon: werkbudget
De inzetbaarheid van werknemers schiet tekort. Dat is één van de conclusies van de Commissie Arbeidsparticipatie ("Commissie Bakker").
"De vaste medewerkers hebben te weinig stimulans om inzetbaar te blijven en nieuwe uitdagingen aan te gaan. Zij zitten goed en zijn zeker van hun positie.
Bij flexibele werknemers hebben werkgevers geen belang om in hun inzetbaarheid te investeren. Deze onevenwichtigheid schaadt de motivatie en productiviteit van onze beroepsbevolking", aldus de Commissie in haar rapport 'Naar een toekomst die werkt'.
Iedere werker (van vaste werknemer tot uitzendkracht en ZZP-er) moet volgens de Commissie een Werkbudget krijgen.
In haar rapport omschrijft de Commissie het Werkbudget als een "persoonsgebonden, zelf te besteden budget voor iedereen". "Het is gekoppeld aan de persoon en niet aan de baan. Het Werkbudget geeft mensen de mogelijkheid en nodigt hen uit om regie te nemen over hun eigen werk en leven."
Verlofbudget?
Het Werkbudget is bedoeld om werknemers te laten investeren in hun eigen inzetbaarheid (bijvoorbeeld voor de ontwikkeling van eigen kennis, vaardigheden en competenties).
Maar met evenveel recht kan het Werkbudget overigens ook Verlofbudget worden genoemd. Want het Werkbudget mag - als Commissie Bakker haar zin krijgt - ook worden gebruikt als inkomensaanvulling. Bijvoorbeeld als een werknemer met deeltijdpensioen gaat, tijdelijk geen werk heeft of inkomensverlies heeft omdat hij of zij zorgtaken op zich heeft genomen.
Spaarpotje
Aan het spaarspotje dat het Werkbudget is, moet iedereen meebetalen: werkgevers, de werknemer, sociale partners en de overheid.
De Commissie zegt er overigens wel bij dat de invoering van het Werkbudget en de Werkverzekering (de opvolger van de WW) geen extra geld mag kosten. "Werkgevers mogen niet geconfronteerd worden met extra kosten doordat loonkosten of administratieve lasten stijgen."
Dat zal nog heel veel hoofdbrekens kosten. Want zo'n spaarpotje met verschillende financiers en met ongetwijfeld gedetailleerd omschreven doelen waarvoor het mag worden gebruikt, loopt makkelijk uit op een bureaucratische nachtmerrie voor werkgevers en voor de individuele werknemer.
Lees ook:
De hoofdpunten van de Commissie Arbeidsparticipatie op een rij.