Het is 2023, maar de meeste vrouwen werken in deeltijd en moeten thuis de zorgtaken doen

De Nederlandse samenleving wordt ook in 2023 nog steeds overeind gehouden door deeltijdwerkende vrouwen. Werkgevers spelen daar op in door deeltijdwerk aan te bieden, vooral in sectoren waar veel vrouwen werken. Het aandeel werkende vrouwen stijgt wanneer vrouwen gaan samenwonen en piekt zodra het eerste kind is geboren. Opvallend veel vrouwen met een mbo-diploma kiezen dan voor deeltijdwerk. Overigens 'zitten die vrouwen niet lekker thuis', maar moeten zij hun deeltijdwerk met zorgtaken zien te combineren. Want hun mannen laten de zorg voor hun kinderen en het huishouden grotendeels liggen, zodat zij volop in voltijd kunnen werken.

Statistiekbureau CBS analyseerde de eerste negen jaar op de arbeidsmarkt van mannen en vrouwen die in de periode 2007-2009 het onderwijs met een diploma verlieten.

Daaruit bleek dat mannen en vrouwen een jaar na hun afstuderen nog ongeveer even vaak betaald werk hadden, maar dat mannen hun arbeidsloopbaan dan al vaker beginnen met een voltijdbaan. Van de werknemers werkten vrouwen een jaar na hun afstuderen met 30 procent al twee keer zo vaak als mannen (14 procent) in deeltijd. In de jaren daarna werd dat verschil nog veel groter, doordat mannen minder en vrouwen juist meer in deeltijd gingen werken.

Vrouwen met mbo-diploma in deeltijd
In sectoren waar veel vrouwen werken, is veel deeltijdwerk. En vrouwen volgen vaker studies die opleiden voor werk in sectoren waarin deeltijdbanen gebruikelijk zijn, zoals het onderwijs of de gezondheidszorg. Uit de Emancipatiemonitor van het CBS blijkt dat vrouwen die in deeltijd werken wel steeds vaker een grote deeltijdbaan hebben (28 tot 35 uur per week).

Negen jaar na afstuderen werkte minder dan 10 procent van de mannen in deeltijd. Vrouwen gingen in de loop van de jaren juist vaker in deeltijd werken. Het aandeel vrouwelijke deeltijders was na negen jaar opgelopen naar 40 procent bij vrouwen met een universitair diploma en zelfs tot 67 procent bij vrouwen met een mbo-diploma.

Vrouwen vaker naar deeltijdbaan, ook zonder kinderen
De keuze voor een deeltijdbaan hangt voor vrouwen veelal samen met de geboorte van het eerste kind. In het jaar waarin ze moeder zijn geworden, neemt de kans dat vrouwen in deeltijd gaan werken sterk toe. Maar ook vrouwen zonder kinderen, gingen in de eerste negen jaren na hun afstuderen vaker dan mannen over naar een deeltijdbaan. Dat gold voor vrouwen in alle onderwijsniveaus en ongeacht of ze thuis woonden, alleenstaand waren, of samenwoonden.

Vrouwen met een hbo- of wo-diploma maakten zowel voor als na de geboorte van het eerste kind minder vaak de overgang naar een deeltijdbaan dan degenen met een mbo-diploma. Bij mannen zonder kinderen is het juist andersom: samenwoners gaan minder vaak van voltijd naar deeltijd dan degenen die zonder partner woonden. Het verschil tussen mannen en vrouwen is het grootst bij werknemers met een mbo-diploma.

Ongelijke verdeling werk en zorg
Uit eerder onderzoek van het CBS blijkt dat ruim 4 op de 10 moeders én vaders met jonge kinderen het liefst werk en zorg gelijk willen verdelen. Bij degenen die (nog) geen kinderen hadden was dat zelfs een kleine meerderheid (54 procent).

De werkelijke verdeling van zorg en werk is de afgelopen decennia wel iets minder ongelijk geworden. Maar ook in 2023 is die verdeling in de praktijk nog heel traditioneel. Want slechts 1 op de 10 ouders met minderjarige kinderen gaf aan hun zorgtaken en betaald werk gelijk te verdelen. Bij vrijwel alle andere ouders besteedde de vader meer tijd aan betaald werk en/of de moeder meer tijd aan zorgtaken.

MIS NIKS: Abonneer je op de gratis Personeelsnet-nieuwsbrief

Doorsturen:

Neem een abonnement en download 459 exclusieve vakartikelen en 286 actuele HR-instrumenten!

Wilt u als HR-professional ook niks meer missen op uw vakgebied?