De Nederlandse economische groei is bijna tot stilstand gekomen: in het eerste kwartaal van 2025 werd de economie slechts 0,1 procent groter ten opzichte van het vierde kwartaal van 2024. Dat is ook te merken op de arbeidsmarkt: het aantal banen daalde, de werkloosheid steeg licht én het aantal openstaande vacatures liep terug. Door de verscheidenheid aan ontwikkelingen, is maatwerk in HR-beleid belangrijker dan ooit.
Dit blijkt uit de nieuwste cijfers van het CBS.
Voor HR-professionals is het van belang om alert te blijven op de verslechterende balans op de arbeidsmarkt. Minder banen, stijgende werkloosheid en minder zzp’ers roepen om een herziening van het wervingsbeleid. Daarnaast bieden de afnemende loonverschillen tussen mannen en vrouwen kansen om het beloningsbeleid aan te passen.
Arbeidsmarkt minder krap
Voor elke 100 werklozen stonden begin 2025 nog 101 vacatures open. Daarmee is de spanning op de arbeidsmarkt het laagst sinds 2021. Het aantal vacatures nam met 7.000 af en kwam uit op 395.000.
Tegelijkertijd steeg het aantal werklozen met 16.000 naar 390.000. Het aantal banen daalde met 14.000 – de eerste daling in ruim vier jaar – vooral door een forse afname van zelfstandigenbanen (-52.000). Het aantal banen van werknemers steeg licht met 38.000.
Vacaturetrends per sector
De meeste vacatures waren te vinden in de handel (71.000), zorg (67.000) en zakelijke dienstverlening (64.000). Toch nam het aantal vacatures in deze sectoren licht af.
De sterkste daling vond plaats in de industrie (-2.000) en handel (-2.000). In de financiële dienstverlening en bouw kwamen er juist vacatures bij (+2.000).
Banenontwikkeling: krimp en groei
In de handel, vervoer en horeca verdwenen 23.000 banen. Ook de zorg (-7.000), bouwnijverheid (-5.000), industrie en onderwijs (beide -3.000) kenden een daling. Banengroei was zichtbaar in het openbaar bestuur (+6.000), de uitzendbranche (+5.000) en ICT (+4.000).
In totaal werd er 3,7 miljard uur gewerkt, een daling van 0,5 procent ten opzichte van het vorige kwartaal. Zelfstandigen werkten 1,8 procent minder uren; werknemers 0,2 procent minder.
Werkloosheid stijgt, economie koelt af
Het werkloosheidspercentage steeg naar 3,8 procent (was 3,7%). Er kwamen vooral kortdurend werklozen bij. Het aantal langdurig werklozen steeg licht van 60.000 naar 63.000. De toename van werklozen kwam vooral doordat meer mensen actief op zoek gingen naar werk.
De economische groei is het laagst sinds begin 2023. Investeringsuitgaven daalden met 2,2 procent, vooral door minder bestedingen aan voertuigen. Ook de export (-0,8%) en consumptie door huishoudens (-0,2%) daalden. De kleine economische groei die er nog is, komt vooral doordat de overheid 0,5% meer uitgeeft aan zorg en de groei van het aantal ambtenaren.
Loonkloof tussen mannen en vrouwen krimpt verder
Het verschil in gemiddelde uurlonen tussen mannen en vrouwen daalde naar 10,5 procent in 2024 (was 19 procent in 2010). Vrouwen verdienden gemiddeld €27,15 per uur, mannen €30,32. De daling is deels toe te schrijven aan de hogere minimumlonen en het gestegen opleidingsniveau van vrouwen. In de leeftijdsgroep 25 tot 30 jaar verdienen vrouwen inmiddels zelfs iets meer per uur dan mannen.
In het openbaar bestuur is het gemiddelde uurloon van mannen en vrouwen vrijwel gelijk. Ook in het onderwijs is het loonverschil nog slechts 1,2 procent. Maar de verschillen blijven nog erg fors in sectoren als de handel (-20,4%) en financiële dienstverlening (-21,7%).