Er moet een wettelijke verplichting komen voor werkgevers om scholing van de ondernemingsraad te betalen. Daarvoor moet de WOR worden aangepast, staat in een advies van de Sociaal Economische Raad (SER).

Volgens de SER, het adviesorgaan van de overheid met daarin werkgevers, vakbonden en kroonleden, moet de kwaliteit en de financiering van scholing voor OR-leden verbeteren. Nu betalen ondernemers daar nog een heffing voor, maar de SER stuurt in plaats daarvan aan op een wettelijke betalingsverplichting.

GBIO-bijdrage betalen
Sinds 1975 betalen ondernemers die OR-plichtig zijn, een verplichte heffing voor de scholing en vorming van OR-leden. De SER legt de heffing op, die wordt geïnd door de Belastingdienst.

Voor 2010 bedroeg de heffing 0,01 % van het fiscale loon over het voorgaande jaar. In 2010 ging het om 23.000 ondernemingen; de opbrengst bedroeg 15,8 miljoen euro.

De opbrengst van de heffing wordt via het Gemeenschappelijk Begeleidingsinstituut Ondernemingsraden (GBIO) doorgegevens aan ondernemingen, als bijdrage voor scholing en vorming van OR-leden.

GBIO moet verdwijnen
De Raad voor Centrale Ondernemersorganisaties (RCO) steunde deze systematiek niet langer, waardoor naar een alternatief gezocht moest worden.

Dit alternatief is nu neergelegd in een unaniem advies van de SER en betekent een aanscherping van de huidige Wet op de ondernemingsraden (WOR). Werkgevers krijgen daarin een verplichting om de scholing van OR-leden te betalen. Bij geschillen over de toepassing van de regeling kunnen ondernemers of OR-leden hun vragen voorleggen aan de al bestaande bedrijfscommissies.

In de nieuwe opzet zal het GBIO, dat 35 jaar geleden werd opgericht door de SER en de Stichting van de Arbeid, niet meer nodig zijn. Het instituut zal waarschijnlijk in 2013 worden opgeheven.

Commissie moet medezeggenschap bevorderen
De SER wil dat de sociale partners de kwaliteit van de opleidingen bewaken, via een op te richten stichting. In deze stichting zouden ook de overheidswerkgevers en de branchevereniging voor scholingsinstituten vertegenwoordigd moeten zijn.

Een speciale commissie van de SER zal daarnaast de medezeggenschap in ondernemingen bevorderen. Dat kan door voorlichting te geven over gecertificeerde opleidingsaanbieders en het adviseren van de politiek over medezeggenschap. De commissie gaat ook ondernemers en OR-leden wijzen op het belang van goede scholing, omdat die bijdraagt aan het goed functioneren van de onderneming.