Meer dan 1,3 miljoen senioren zijn nog hard aan het werk

De Nederlandse werkvloer verandert van samenstelling omdat meer mensen blijven doorwerken tot een (latere) pensioendatum. Waren er in 2002 maar een half miljoen 55-plussers aan het werk, nu zijn dat er meer dan 1,3 miljoen. Van hen zijn 81 duizend mensen al ouder dan 65 jaar. De gemiddelde pensioenleeftijd is in 2018 65 jaar, terwijl we in 2006 rond 61 jaar al met pensioen konden.

Dit blijkt uit nieuwe cijfers van het CBS.

Meer werknemers van 55 jaar of ouder
Het aantal werknemers van 55 jaar of ouder is tussen 2006 en 2018 bijna verdubbeld. Dit komt door overheidsmaatregelen om vervroegd pensioen te ontmoedigen, de hogere AOW-leeftijd, de toegenomen arbeidsparticipatie van vrouwen en de vergrijzende bevolking.

Het aandeel werknemers dat al voor de 65e verjaardag met pensioen ging, daalde van 88 procent in 2006 naar 34 procent in 2018. In 2006 was nog ruim een kwart 59 jaar of jonger, in 2018 was dat aandeel afgenomen tot minder dan 5 procent. Een ruime meerderheid (58 procent) van de werknemers die in 2018 met pensioen gingen was 65 of 66 jaar, terwijl dat in 2006 nog maar 10 procent was.

Pensioenleeftijd laagopgeleiden hoger
Opvallend is dat mensen met een lagere opleiding langer doorwerken, terwijl zij vaak zwaarder werk doen dan mensen die hoger zijn opgeleid. Hoog opgeleide werknemers gaan gemiddeld 8 maanden jonger met pensioen dan laag opgeleide werknemers.

In 2018 gingen werknemers in de zorg, energie, overheid en onderwijs gemiddeld het jongst met pensioen: rond 64 jaar en 6 maanden. In de bedrijfstak overige dienstverlening en agrarische sector was de pensioenleeftijd gemiddeld het hoogst.

MIS NIKS: Abonneer je op de gratis Personeelsnet-nieuwsbrief

Doorsturen:

Neem een abonnement en download 280 actuele HR-instrumenten

Wilt u als HR-professional ook niks meer missen op uw vakgebied?