Met arbeidsbeperking aan het werk bij 'gewone' werkgever

Staatssecretaris De Krom (SZW) vindt dat iedereen die nog kan werken, dat moet doen. Ook mensen met een arbeidsbeperking. Zijn nieuwe Wet werken naar vermogen legt daarom een verantwoordelijkheid bij werkgevers, maar ook bij arbeidsgehandicapten zelf.

De Tweede Kamer moet zich nu buigen over de Wet werken naar vermogen (WWNV). Volgens De Krom bevat de wet maatregelen waarmee het voor werkgevers aantrekkelijker wordt om mensen met een arbeidsbeperking in dienst te nemen. Een nieuw instrument, loondispensatie, zorgt ervoor dat werkgevers straks alleen het gedeelte betalen dat werknemers met een arbeidsbeperking ook daadwerkelijk produceren. De overheid vult dat dan aan tot maximaal het minimum loon.

Gefaseerde instroom
De Wet werk en bijstand (WWB) zal opgaan in de nieuwe wet. Het opvallendste punt in de nieuwe wet is dat mensen met een arbeidsbeperking minder kans maken op een baan in een sociale werkplaats. De sociale werkvoorziening blijft wel bestaan voor mensen die alleen in een beschutte omgeving kunnen werken. Anderen moeten een baan bij een reguliere werkgever zien te vinden.

Jonggehandicapten die voor 1 januari 2012 onder de Wajong vielen, blijven bij het UWV. Dit geldt ook voor mensen die na die datum nog in de Wajong komen, volledig arbeidsongeschikt zijn en dat ook zullen blijven.

De bedoeling is dat de nieuwe wet op 1 januari 2013 in werking treedt. Gemeenten gaan per 1 januari 2013 jonggehandicapten met arbeidsvermogen ondersteuning bieden. Een jaar later komt daar de groep bij die dit jaar nieuw in de Wajong komt, maar wel (deels) kan werken. Er is dus sprake van een gefaseerde instroom in de WWNV.

Niet automatisch naar ‘gewone’ werkgever
‘Het Wetsvoorstel werken naar vermogen gaat er niet automatisch toe leiden dat meer mensen met een beperking bij gewone werkgevers aan de slag komen. Het budget is in de eerste jaren ontoereikend om hulp en begeleiding te bieden aan mensen aan de onderkant van de arbeidsmarkt. Het gaat dan bijvoorbeeld om hulp bij aanpassing van de werkplek, scholing van de medewerker voor een bepaalde functie en begeleiding van de medewerker op de werkplek.

Dat is de reactie van Cedris, de brancheorganisatie voor de sociale werkvoorzieningsbedrijven, op het Wetsvoorstel werken naar vermogen. Cedris is in principe zeer positief over het doel van het wetsvoorstel, maar ziet een fors financieel probleem in de eerste jaren na invoering van de wet. Volgens Cedris gaat het beschikbare budget in de eerste jaren grotendeels op aan loonkosten. Dat betekent dat er nauwelijks geld overblijft voor hulp en begeleiding voor de totale doelgroep van 400.000 mensen van het wetsvoorstel.

De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) deelt de uitgangspunten van de WWNV maar is ook bezorgd over de uitvoerbaarheid. Doordat het beschikbare budget opgaat aan de lonen van de Sociale Werkvoorziening, blijft er nauwelijks geld over voor maatwerkbegeleiding de re-integratie van andere doelgroepen, vrezen ook de gemeenten.

FNV vindt WWNV ‘rampzalig’
Vakcentrale FNV vindt de uitwerking van de nieuwe wet `rampzalig`. Volgens de vakcentrale worden grote groepen mensen met een handicap erdoor getroffen. Zo verdwijnen er 70.000 banen in de sociale werkvoorziening en één op de drie jongeren met een handicap komt niet meer in aanmerking voor een uitkering.

‘Van alle bezuinigingen die het kabinet doorvoert, vinden wij dit de lafste. Het is een heel hard voorstel met alleen maar bezuinigingen als doel’, aldus Leo Hartveld, bestuurder van de FNV Vakcentrale. Volgens de vakcentrale legt de wet de prikkel eenzijdig neer bij de uitkeringsgerechtigden.

De Krom heeft wel met VNO/NCW geregeld dat er 5.000 stageplaatsen komen voor circa een half miljoen werkzoekenden. `Dit is minder dan een druppel op een gloeiende plaat, want werkzoekenden willen banen en geen stageplaatsen. Banen met een gewone beloning en een gewone cao`, stelt de FNV.

Werkgevers vinden uitgangspunt goed
De werkgeversorganisaties steunen het uitgangspunt van de WNV. Het zoveel mogelijk aan het werk zetten van mensen, vindt MKB-Nederland een goede zaak. Zeker als dat gepaard gaat met een vereenvoudiging van wet- en regelgeving. Wel vragen de ondernemers om realisme, want niet iedereen is in een reguliere baan te plaatsen.

De loondispensatie maakt het voor werkgevers aantrekkelijker om mensen met een arbeidshandicap aan te nemen. `Het is zo gemakkelijker om mensen met verminderde verdiencapaciteit onder het wettelijk minimum te betalen`, stellen de werkgevers, omdat `de overheid het inkomen aanvult tot minimumloon`.

Doorsturen:

Neem een abonnement en download 460 exclusieve vakartikelen en 311 actuele HR-instrumenten!

Wilt u als HR-professional ook niks meer missen op uw vakgebied?