De krapte op de arbeidsmarkt pakt goed uit voor het salaris van HR-professionals, want zij kregen er in 2018 relatief meer salaris bij dan andere beroepsgroepen. De gemiddelde loonstijging bedroeg 2,20 procent, terwijl alle werknemers er vorig jaar gezamenlijk maar 1,99 procent op vooruit gingen.

Dat blijkt uit de jaarlijkse analyse (PDF-document) van functies en beloningen die adviesbureau Berenschot al sinds het jaar 2000 maakt voor Elsevier Weekblad.

Sommige specifieke beroepen gingen wel meer omhoog in salaris; zo kregen basisschoolleraren ruim 8 procent meer loon. Maar als beroepsgroep doet HR het gemiddeld dus opvallend goed.

Komt de loonstijging in 2019 tot stilstand?
Naar functieniveau bezien, zag het topmanagement van bedrijven en organisaties in 2018 nog een plus van 2,30 procent op de salarisstrook. Ook op directieniveau was 2,27 procent een lichtpuntje. Het middenkader was minder gelukkig met een magere loonstijging van gemiddeld 1,85 procent. HR doet het dus beslist niet slecht, met een gemiddeld loonstijging van 2,20 procent.

Volgens Berenschot is er nog wel sprake van een opgaande lijn in de salarisontwikkeling, maar het adviesbureau constateert ook dat de economie wat afkoelt. Dat kan betekenen dat de loonstijging in 2019 tot stilstand komt, hoewel er bij veel bedrijven ‘nog wel geld is voor verdere loonontwikkeling’. Maar volgens het adviesbureau hebben ondernemers de recessie van 2009 nog vers in het geheugen en zijn ze huiverig om hogere salarissen uit te delen. Want als het straks onverhoopt slechter gaat met de economie, kun je een salarisverhoging niet zomaar terugdraaien.

Overzicht actuele HR-salarissen
De verschillen tussen branches en bedrijfstakken zijn marginaal. Staffuncties, zoals HR, waren nog het beste af met een salarisstijging van 2,20 procent. Dat is meer dan bij de afdelingen financiën (+2,00 procent) en in de IT (+2,04 procent). Commerciële krachten en werknemers in de productie en ontwikkeling zitten daar met iets minder dan 2 procent nog onder.

De meeste HR-salarissen staan in 2018 op dezelfde positie als het jaar ervoor. De positie van de Sector personeelschef stijgt wel met 2 plekken op de ranglijst van salarissen. De Directeur sociale zaken is de best verdienende HR-professional, met een maximaal salaris dat oploopt tot wel 5 keer modaal (was 37.000 euro in 2018).

Het blijft lastig om de onderlinge salarissen te vergelijken. Zo verdient het Hoofd P&O minder dan een Hoofd arbeidsvoorwaarden, maar de laatste zal waarschijnlijk ook in een veel grotere organisatie werken. Wat nog steeds opvalt, is de relatief lage positie op de ranglijst van de Jurist arbeidszaken. Die verdient gemiddeld minder dan de personeelsfunctionaris, de opleidingsfunctionaris en de arbo-adviseur.

Werknemer moet het hebben van bonus en baanwissel
Gemiddeld gingen werknemers er 1,99 procent op vooruit in 2018. Dat is iets meer dan in 2017, toen de lonen gemiddeld maar met 1,74 procent stegen. Maar enorme loonstijgingen lijken er dus niet te zijn, ondanks de krappere arbeidsmarkt.

Werknemers die een hoger salaris willen, zouden het moeten zoeken in bonussen of het bedingen van betere arbeidsvoorwaarden (zoals extra vakantiedagen). Maar het slimste dat ze volgens Berenschot kunnen doen, is budget vragen voor scholing om hun employability op peil te houden. Dat komt van pas bij hun huidige werkgever, maar eventueel ook bij een baanwissel. Want de grootste salarissprongen kun je als werknemer maken wanneer je voor een andere werkgever gaat werken.

MIS NIKS: Abonneer je op de gratis Personeelsnet-nieuwsbrief

Doorsturen: