Werktijdverkorting naar rato van omzetverlies
Kritiek op crisismaatregel verkorting werktijd.
Ondernemingen die door de gevolgen van de kredietcrisis zwaar getroffen zijn, kunnen voor een korte periode werktijdverkorting aanvragen voor hun medewerkers. Minister Donner (SZW) heeft hier vandaag de voorwaarden voor bekend gemaakt. Die blijken streng te zijn. Te streng, vindt vakbond FNV Bondgenoten. Bovendien zetten ze aan tot ‘paniekreacties’, aldus de metaalwerkgevers.
Wil een bedrijf kans van slagen hebben met de aanvraag voor werktijdverkorting, dan moet er sprake zijn van een ‘abrupte vraaguitval’ van tenminste dertig procent over een periode van twee maanden voor de aanvraag. Het bedrijf kan dan voor eenzelfde percentage van de werknemers een WW-uitkering aanvragen.
Een andere belangrijke voorwaarde om voor de regeling in aanmerking te komen, is de bereidheid van het bedrijf om werknemers in de tussentijd te scholen of bij een ander bedrijf te detacheren.
Werktijdverkorting naar rato
Bij een omzetverlies van bijvoorbeeld 35 procent, kan dus voor maximaal 35 procent van de werknemers werktijdverkorting worden aangevraagd. De werknemers blijven in dienst en ontvangen gewoon loon.
De overheid betaalt de
werkgever dan de WW-uitkering. Dat kan voor een periode van zes weken, tot maximaal een half jaar. Door deze constructie hebben werknemers geen nadeel als zij later onverhoopt toch nog ontslagen worden, en houden ze vanaf dat moment hun volledige WW-rechten.
Op is op
Volgens Donner is de norm van minimaal dertig procent omzetverlies het resultaat van overleg met de sociale partners. De drempel is er om te bewaken dat het beschikbare budget van 200 miljoen euro niet te snel op raakt. Het bedrag is voldoende voor 20 duizend voltijds werknemers. Bovendien is de toegang tot de regeling streng gemaakt, om te voorkomen dat bedrijven er oneigenlijk gebruik van maken.
De regeling wordt voor korte tijd opengesteld, tot 1 januari 2009, waarbij het beschikbare bedrag niet mag worden overschreden. Op is op, dus. Inmiddels hebben al wel vijftig bedrijven een aanvraag voor werktijdverkorting gedaan, maar die aanvragen zijn gebaseerd op de al bestaande regeling voor werktijdverkorting.
Experimenteel begin
De vereniging van metaalwerkgevers, FME-CWM, is blij met de regeling. Maar voorzitter Jan Kamminga heeft wel ‘grote bedenkingen bij het aantal van 20.000 voltijds werknemers, waarna de koek op is’. Daardoor worden bedrijven aangezet om snel werktijdverkorting aan te vragen, omdat ze anders achter het net vissen. ‘Dit lijkt meer op paniek scheppen, dan op paniek voorkomen’, stelt Kamminga.
De werkgeversvoorzitter ziet de regeling daarom als een ‘experimenteel begin’, maar vreest dat er niet voldoende geld beschikbaar is en dat de regeling ook niet het ‘het goede signaal geeft’.
Bijna failliet
Vakbondsvoorzitter Henk van de Kolk (FNV Bondgenoten) stelt dat je ‘als bedrijf bijna failliet moet zijn’ om gebruik te kunnen maken van de werktijdverkorting.
Van der Kolk heeft vooral kritiek op de eis dat de omzet met minimaal 30 procent moet zijn ingezakt. Maar de vakbondsvoorzitter denkt dat er nog wel ‘overleg mogelijk is over aanpassing van de regeling’.