Net als iedereen, gaan werkende Nederlanders de crisis in hun portemonnee voelen. Dat blijkt uit nieuwe berekeningen van het Nibud, Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting. De koopkracht kan zo maar 2 procent dalen.

Huishoudens zullen in 2012 enkele tientjes tot meer dan 100 euro per maand minder te besteden hebben.

Werkende ouders
Ouders met 3 of meer kinderen houden hun recht op het kindgebonden budget, maar zullen wel aanzienlijk minder geld krijgen dan in 2011. Voor een paar met 2 kinderen, beide werkend en een totaal inkomen van 60.000 euro, daalt de koopkracht met 29 euro per maand.

Traditionele kostwinnersgezinnen met een bruto jaarinkomen van 35.000 euro en 2 kinderen, gaan er nog veel meer op achteruit. Zij moeten rekening houden met een koopkrachtdaling van ongeveer 56 euro per maand. Als werkende ouders dit jaar gebruik maken van kinderopvang, kan hun koopkracht met ruim 150 euro per maand dalen.

Hogere zorgpremie
Op Prinsjesdag werd nog verwacht dat de premie voor de basisverzekering zou stijgen met maar enkele euro’s per maand. Inmiddels blijkt de stijging 6 procent en dus veel sterker dan verwacht. Alle 18-plussers zullen deze stijging in hun portemonnee voelen.

Naast het feit dat de premie zwaarder op het budget drukt, vergoedt het basispakket minder zorgkosten. Hierdoor zullen bepaalde zorgvragen voor eigen rekening komen. Het Nibud wijst er daarom op dat meer mensen een beroep moeten doen op zorgtoeslag.

Doorwerken na 57 niet langer gestimuleerd
Werknemers tot 57 jaar hebben recht op arbeidskorting. Oudere werknemers vanaf 57 jaar ontvingen tot 2011 méér arbeidskorting dan 57-minners, om te stimuleren dat zij aan het werk blijven. Hoe hoger de leeftijd, hoe hoger de arbeidskorting. Deze regeling is in 2012 afgeschaft.

Daarnaast neemt de doorwerkbonus dit jaar aanzienlijk af. Deze is bedoeld om 62- t/m 64-jarigen te stimuleren te blijven werken. Voor een 63-jarige kunnen deze maatregelen een inkomensdaling van 108 euro per maand betekenen.

Korting bijstand met werkende gezinsleden
Alle bijstandsgerechtigden moeten dit jaar ook 1,2 tot 2,5 procent inleveren. Voortaan tellen de inkomsten van alle gezinsleden mee. Zo heeft een moeder die met haar werkende volwassen zoon samenwoont, geen recht meer op een eigen bijstandsuitkering. Zij wordt financieel afhankelijk van het inkomen van haar zoon.

Afhankelijk van het inkomen van het kind is er helemaal geen recht meer op een bijstandsuitkering en kan het huishouden er meer dan 30% op achteruit gaan.