Nederland is koploper flexibel werken. In ons land kunnen zes van de tien kantoormedewerkers profiteren van flexibele werkuren. Ook voert Nederland de toon als het gaat om de keuze van de werkplek. Want de helft van de Nederlandse kantoormedewerkers kiest zelf waar en wanneer ze werken. Dat aandeel is een stuk hoger dan het Europese gemiddelde van 39%.

Dat blijkt uit recent onderzoek van de Europese HR & payrolldienstverlener SD Worx , dat daarover 5500 kantoormedewerkers bevroeg uit tien Europese landen.

Nederlandse kantoormedewerkers bijzonder flexibel
Gemiddeld heeft 53 procent van de Europese kantoormedewerkers flexibele uren. Landen die het meest flexibel omgaan met werkuren zijn Finland, Duitsland en Nederland. Daar hebben bijna 6 op de 10 medewerkers flexibele uren. Spanje is het minst meegaand als het aankomt op flexibele uren (41%).

De flexibiliteit van waar en wanneer personeel hun werk doet, is iets minder ingeburgerd. Nederland voert daar de toon: de helft van de Nederlandse kantoormedewerkers kiest waar (50%) en wanneer (47%) ze werken, wat een stuk hoger ligt dan het Europese gemiddelde (39% voor zowel waar als wanneer). Ook daar is Spanje het meest conservatief: 4 op de 10 Spaanse kantoormedewerkers geven aan dat ze niet mogen kiezen wanneer ze hun werk doen, en bijna de helft geeft aan dat ze geen inbreng hebben over waar ze werken.

Uren bewust bijhouden voor balans
Werkgevers kunnen medewerkers met registratietools ondersteuning geven bij het beheren van hun werktijden. Werknemers  vinden tijdsregistratie van de gewerkte uren een goede manier om de balans tussen werk en privé in evenwicht te houden. Dat geldt vooral voor Nederlanders (63%), gevolgd door Noren en Duitsers (57%).

Maar het behouden van die balans is niet voor iedereen even voor de hand liggend. Zo zegt 41% van de ondervraagden dat ze na werktijd wel eens e-mails van het werk checken of werkgerelateerde telefoontjes beantwoorden. Als het om overwerken gaat, is Frankrijk de koploper (56%), gevolgd door België (53%) en Nederland (53%). Van de kantoormedewerkers tussen de 25 en 29 jaar, geeft 52% aan regelmatig over te werken. Hoe ouder de werknemer, hoe lager dat percentage is. Van de 50 tot 54-jarigen beweert 42% nog na werktijd door te werken, bij de 55-plussers is dat 40%.

MIS NIKS: Abonneer je op de gratis Personeelsnet-nieuwsbrief

Doorsturen: