Het kabinet wil voorkomen dat bedrijven tijdens een crisis hun personeel moeten ontslaan. Bijvoorbeeld door oorlog, pandemie, brand of uitzonderlijk weer. Daarvoor is het wetsvoorstel personeelsbehoud bij crisis (Wpc) naar de Raad van State gestuurd. Als de wet wordt ingevoerd, vervangt deze de regeling Werktijdverkorting (Wtv) en een regeling voor deeltijd-WW.
Het wetsvoorstel ligt al een tijdje op de plank, nadat eerder internetconsultatie heeft plaatsgevonden. Doel is werkgevers meer ruimte te geven om werknemers te behouden, zodat de bedrijfsvoering niet verder in gevaar komt bij crisissituaties.
Wanneer geldt de regeling?
In crisissituaties, waarin er over een periode van twee maanden gemiddeld tenminste 20% minder werk is, kunnen bedrijven voor maximaal zes maanden gebruikmaken van de instrumenten uit het wetsvoorstel personeelsbehoud bij crisis.
Twee hoofdopties voor werkgevers
Aanpassingen voor uitvoerbaarheid
Rol werknemers en medezeggenschap
Voor werknemers blijft de rechtsbescherming gewaarborgd. Medezeggenschap moet instemmen voordat een werkgever gebruik kan maken van de regeling. Werknemers kunnen naar de kantonrechter stappen als zij het niet eens zijn met een herplaatsing of loonaanpassing.
Voor HR-adviseurs betekent dit wetsvoorstel dat er straks een duidelijk juridisch kader komt om personeel tijdens een crisis te behouden, waarbij zowel continuïteit van de organisatie als rechten van werknemers worden beschermd.