Het kabinet heeft het wetsvoorstel voor een verplichte collectieve basisverzekering tegen arbeidsongeschiktheid voor zelfstandigen (Baz) naar de Raad van State gestuurd. Daarmee komt de invoering van een vangnet voor zelfstandigen die door ziekte of een ongeval niet meer kunnen werken een stap dichterbij. De premie voor zzp’ers is lager dan in eerdere voorstellen, maar de verzekering zal pas na het tweede ziektejaar gaan uitkeren. Zelfstandigen met een soortgelijke private verzekering, mogen die voortzetten.
Dat heeft demissionair minister van SZW Mariëtte Paul bekend gemaakt.
Waarom een verplichte verzekering?
Driekwart van de zelfstandigen in Nederland is nu niet verzekerd tegen arbeidsongeschiktheid. Voor veel zelfstandigen zijn de premies van private verzekeringen veel te hoog, terwijl anderen vanwege hun leeftijd of medische klachten zelfs helemaal geen toegang hebben tot een polis. Het nieuwe voorstel moet ervoor zorgen dat álle zelfstandigen tot de AOW-leeftijd verzekerd zijn. Bij arbeidsongeschiktheid ontvangen zij een uitkering tot maximaal het niveau van het minimumloon.
Minister Mariëlle Paul (SZW) benadrukt het belang van een brede dekking: “Een ongeluk of ziekte kan ons allemaal overkomen. En dan wil je dat er een fatsoenlijk vangnet is. Door een basisverzekering te introduceren zorgen we dat iedereen zekerheid heeft. En tegelijkertijd geven we ondernemers de vrijheid om zelf iets passends te regelen via een private verzekeraar of hun huidige verzekering te behouden.”
Premie maximaal 171 euro per maand
Het oorspronkelijke wetsvoorstel kreeg veel reacties: in totaal 2.260 tijdens de internetconsultatie. Ook uitvoeringsorganisaties zoals UWV en de Belastingdienst waren kritisch. In de aangepaste versie heeft het kabinet rekening gehouden met die bezwaren. Zo wordt de wachttijd verlengd naar twee jaar, waardoor de premie lager uitvalt en er meer tijd is om inkomensgegevens definitief vast te stellen.
Daarnaast is de premie verlaagd van 6,5% naar 5,4% van de winst. Op basis van het huidige minimumloon komt dit neer op maximaal €171 bruto per maand. Voor ondernemers met een lagere winst geldt ook een lagere premie. Hoe die winst precies berekend wordt, moet nog blijken zodra het wetsvoorstel openbaar wordt.
Eén keer per jaar is overstappen mogelijk
Net als bij de zorgverzekering komt er een jaarlijks overstapmoment. Zelfstandigen kunnen aan het eind van het jaar kiezen om van de publieke verzekering naar een private polis te gaan, mits die aan de voorwaarden voldoet. Zo behouden ondernemers keuzevrijheid en wordt dubbele dekking voorkomen.
Voor zelfstandigen die ook werknemer zijn en al verzekerd zijn via de WIA, is er een uitzondering: zij hoeven geen premie te betalen als zij door hun dienstverband al recht hebben op een uitkering ter hoogte van het minimumloon.
Wat betekent dit voor HR en werkgevers?
Het voorstel raakt in eerste instantie alleen zelfstandigen, maar ook werkgevers krijgen ermee te maken. Veel organisaties werken met zzp’ers en moeten rekening houden met de gevolgen van deze nieuwe regeling.
De verplichte verzekering kan de kostenstructuur van zelfstandigen veranderen en daarmee ook hun uurtarieven: omdat zij premie moeten betalen, zullen de zzp-tarieven waarschijnlijk omhoog gaan. Daarnaast worden het verschil in bescherming en de kosten voor de inzet van werknemers en zelfstandigen kleiner, wat gevolgen kan hebben voor de discussie over inzet van zzp’ers ten opzichte van vast personeel.