In 2010 zijn 105 duizend mensen gedwongen ontslagen, 17 duizend minder dan het jaar ervoor. De daling met 14 procent komt volgens het CBS doordat de economie weer aantrekt.
In 2009 steeg het aantal gedwongen ontslagen sterk door de economische recessie. Toch vielen er veel minder ontslagen dan in de periode 2001-2003.
Bedrijven hielden hun medewerkers bij zich, waarbij sommigen gebruik maakten van de deeltijd-WW-regeling, die in 2009 tijdelijk is ingevoerd. Hierdoor konden bedrijven werknemers in dienst houden, die ze anders hadden moeten ontslaan.
Economisch herstel goed voor werknemers
Door het economische herstel in 2010 is het aantal ontslagen met 14 procent afgenomen. De rechtbanken kregen 22,1 duizend verzoeken om een arbeidsovereenkomst te ontbinden, een kwart minder dan in 2009. Het UWV verleende 25,7 duizend ontslagvergunningen in 2010. Dat is 30 procent minder dan een jaar eerder.
Het aantal ontslagen door faillissement nam juist wel toe: van 55,4 duizend in 2009 tot 56,8 duizend in 2010. Weliswaar waren er minder bedrijfsfaillissementen dan in 2009, maar daar zaten wel enkele grote bedrijven bij met relatief veel werknemers.
Ontslag wegens bedrijfseconomische redenen
Bij ontslag via het UWV zijn bedrijfseconomische omstandigheden in de meeste gevallen de aanleiding. In 2010 gold dit voor drie kwart van de door het UWV verleende ontslagvergunningen. Het gaat dan bijvoorbeeld om financiële problemen, reorganisaties of het afstoten van taken.
Een andere veel voorkomende grond voor ontslag via het UWV is arbeidsongeschiktheid. Hierin is de afgelopen jaren echter een geleidelijke daling zichtbaar. In 2010 verleende het UWV 5,3 duizend ontslagvergunningen op grond van arbeidsongeschiktheid. In 2002 waren dat er nog 19,4 duizend. Deze daling komt omdat werkgevers langer verantwoordelijk zijn voor arbeidsongeschikte werknemers.
|