Als managers hun werknemers actief aanzetten tot innovatie, maakt dat bedrijven concurrerender. Daarvoor moeten ze de medewerkers aan de ene kant vrijer laten werken en ze tegelijk ook aansporen tot brede samenwerking.

Dat stelt bedrijfskundige dr. Shiko Ben-Menahem in zijn proefschrift ‘Strategic Timing and Proactiveness of Organizations’. Ben-Menahem promoveerde daarmee op 14 maart 2013 aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.

Sneller zijn dan de concurrent
De omgeving waarin bedrijven opereren verandert snel. Daarom is voor bedrijven het beste rendement op investeringen in innovatie te behalen, als ze sneller nieuwe producten en diensten introduceren dan de concurrent. Managers moeten daarom strategisch plannen en een goede timing van innovatie stimuleren, omdat dit de prestaties van ondernemingen kan verbeteren.

De resultaten van een pro actieve innovatiehouding hangen ook af van organisatorische factoren en omgevingselementen. Organisaties kunnen daarom maar beter goed rekening houden met wat de concurrenten doen op het gebied van innovatie.

Laat werknemers autonoom werken
De proactieve inzet binnen het bedrijf is te verhogen door werknemers autonoom te laten werken. Ook het niveau van interne samenwerking is een belangrijke aanjager voor innovatie.

Om die reden moeten managers overwegen of werknemers wel genoeg autonomie krijgen om het gewenste proactieve gedrag binnen de organisatie mogelijk te maken. Omgevingsproblemen die de autonomie en interne samenwerking beïnvloeden, moeten managers helpen oplossen door werknemers hierbij te ondersteunen.