Ondanks dat de helft van de ICT’ers vaak thuis werkt, zijn ze toch het meeste reistijd kwijt voor hun baas. Ondanks het thuiswerken, verwaarlozen ze meer dan gemiddeld familie- of gezinsactiviteiten vanwege het werk.

Uit onderzoek van TNO blijkt dat schijnbaar ideale werkomstandigheden en uitvoerige faciliteiten voor Het Nieuwe Werken, niet altijd voldoende zijn om vervoersproblemen vanwege het werk op te lossen. Van alle werknemers zijn ICT-ers het meest onderweg, terwijl ze ook het vaakst thuis kunnen werken.

Problemen thuis, ondanks nieuwe werken
Als oplossing voor reisproblemen wordt vaak naar Het Nieuwe Werken gekeken. Dat gebeurt dan ook volop in de ICT, waar werknemers vaak naar klanten door het hele land onderweg zijn. Flexibele werktijden zijn in de ICT dan ook hel normaal en daar zijn de werknemers ook tevreden over (rapportcijfer 7,2).

Bijna de helft van de werknemers in de ICT is telewerker, wat drie keer hoger is dan het gemiddelde over alle sectoren. De sector scoort tweede met de thuiswerkregeling, waarover ook grote tevredenheid bestaat. Het aantal werkuren dat thuis wordt ingevuld is dan ook in geen andere sector zo hoog als hier.

Opvallend is dat in de ICT meer dan gemiddeld familie- of gezinsactiviteiten worden verwaarloosd door het werk. En ondanks het telewerken, ervaren ICT’ers de meeste werkbelemmering door vervoersproblemen, op de voet gevolgd door de sector vervoer en opslag.

Reistijd van 600 miljoen uur
Reizen naar het werk kost de Nederlandse werkenden in totaal 600 miljoen uur per jaar. Dat is enorm veel, wanneer je bedenkt dat de reistijd minder dan 20 minuten kost voor de helft van de reizen.

Treinreizigers zijn gemiddeld 67 minuten onderweg, maar zij leggen ook ruimschoots de grootste afstand af. Gebruik van het overige openbaar vervoer – bus, tram of metro – vergt gemiddeld 46 minuten. Met de auto is de reistijd gemiddeld 30 minuten, en met de fiets of te voet is men nog korter onderweg.

Een ICT’er is gemiddeld bijna 5 kwartier onderweg van en naar zijn werk. Een werknemer in de horeca en landbouw reist bijna 40 minuten korter. Bij alle beroepsgroepen geldt dat de vakspecialist en de leidinggevende het langst onderweg zijn.