Afwijzen van sollicitant die geen hand wil geven verboden

Tonen van godsdienstige beleving door kleding, is toegestaan.

Een sollicitant voor de functie van klantmanager afwijzen omdat hij mensen geen hand wil geven, dat mag niet volgens de Commissie Gelijke Behandeling (CGB). De commissie oordeelt dat de gemeente Rotterdam geen zorgvuldige afweging heeft gemaakt tussen een discriminatievrije werkomgeving en het recht van een (potentiële) werknemer op het tonen van zijn godsdienstige beleving.

Werkgevers moeten zorgdragen voor een discriminatievrije werkvloer. Het weigeren de hand te geven aan cliënten of collega’s van het andere geslacht is daarmee in beginsel in strijd. Ook als dat vanuit religieuze overtuiging gebeurt. Maar de gemeente heeft niet nagegaan of er andere respectvolle manieren van begroeten mogelijk zijn. Het betonen van respect mag een werkgever
verlangen, maar daarmee staat nog niet vast welke vorm dat moet krijgen. Wel dienen mannen en vrouwen op eenzelfde manier te worden begroet, aldus de CGB.

De gemeente wilde de man ook afwijzen vanwege zijn islamitische kleedstijl. De werkgever mag wel kledingeisen stellen, maar niet alle 'religieuze kledij' op voorhand verbieden. Bovendien heeft de gemeente niet goed onderbouwd waarom de religieuze kleding problemen op zou leveren in contact met cliënten. Daarmee is sprake van rechtstreeks verboden onderscheid aldus de commissie.
Doorsturen:

Neem een abonnement en download 453 exclusieve vakartikelen en 282 actuele HR-instrumenten!

Wilt u als HR-professional ook niks meer missen op uw vakgebied?