Nu al afspraken over banen voor mensen met beperking

De Participatiewet is er nog niet, maar nu al maken gemeenten, werkgevers, werknemers en het Rijk afspraken over de invulling van 125.000 banen voor mensen met een arbeidsbeperking.

In het Sociaal Akkoord zijn werkgevers, vakbonden en het kabinet overeengekomen om tot 2026 in totaal 100.000 extra banen in te richten voor mensen uit de doelgroep van de Participatiewet. Daarbovenop stelde de overheid zich garant voor 25.000 extra banen in de komende tien jaar.

De banen zijn bedoeld voor mensen die niet in staat zijn het wettelijk minimumloon te verdienen. Wajongers en mensen die op de wachtlijst staan voor de sociale werkvoorziening komen als eerste voor deze banen in aanmerking. De afspraken in het Sociaal Akkoord betekenen ook dat iedereen tenminste het minimumloon verdient, ook wie hier vanwege een beperking eigenlijk niet toe in staat is.

Werkgever kan loonkostensubsidie krjgen
Pas in 2015 gaat de Participatiewet van start, maar de gemeenten, sociale partners en het Rijk werken de afspraken van het Sociaal Akkoord verder uit in de ‘Werkkamer’. Zo moeten banen die beschikbaar komen vooral op regionaal niveau worden ingevuld. Gemeenten hebben de regie in de 35 arbeidsmarktregio’s, waar ook werkbedrijven worden opgezet. In het bestuur van de nieuw op te richten regionale werkbedrijven zijn ook de werkgevers en werknemers vertegenwoordigd.

Afgesproken is dat het UWV een rol zal spelen bij de vaststelling of iemand al dan niet in staat is het minimumloon te verdienen. Ook wordt bekeken of daarbij zoveel begeleiding nodig is dat alleen beschut werk een optie is.

Gemeenten krijgen de mogelijkheid om loonkostensubsidie te verstrekken waarmee een baan beter bereikbaar wordt voor mensen met een arbeidsbeperking. Werkgevers betalen dan het loon aan de werknemer volgens de geldende arbeidsvoorwaarden. Voor het verschil tussen iemands arbeidsproductiviteit (de loonwaarde) en het wettelijk minimumloon, ontvangt de werkgever dan een loonkostensubsidie van de gemeente.

Participatiewet bundelt regelingen
Staatssecretaris Klijnsma (SZW) wil met de Participatiewet zo veel mogelijk mensen aan de slag helpen. Het liefst in reguliere banen, maar als dat niet kan via beschut werk. Met de wet komt er straks één regeling voor mensen die een opstap naar de arbeidsmarkt nodig hebben. Nu is dat nog verspreid over drie regelingen: de WWB (de Wet werk en bijstand), de Wsw (de Wet sociale werkvoorziening) en mensen met arbeidsvermogen in de Wajong.

Gemeenten zijn vanaf 1 januari 2015, als de Participatiewet in werking treedt, verantwoordelijk voor de mensen die kunnen werken, maar die het zonder steuntje in de rug niet redden op de arbeidsmarkt. De Wajongers waarvan duidelijk is dat zij vanwege hun beperking(en) nooit kunnen werken, blijven in de Wajong en houden hun uitkering. De verwachting is dat dit geldt voor ongeveer 100.000 van de bijna 240.000 Wajongers.

Wajongers waarvan na een beoordeling vast staat dat zij wél mogelijkheden hebben op de arbeidsmarkt gaan stapsgewijs over van het UWV naar gemeenten.

Quotumregeling, dus niet vrijblijvend
De gemaakte afspraken zijn wat staatssecretaris Klijnsma betreft niet vrijblijvend. Van jaar tot jaar wordt bijgehouden hoeveel banen er voor mensen met een arbeidsbeperking zijn bijgekomen. Er treedt een quotum-regeling in werking als deze banen er niet komen. Om dit voor te bereiden komt de staatssecretaris begin volgend jaar met een wetsvoorstel. In 2016 is het eerste beoordelingsmoment op basis van de resultaten in 2015.

Doorsturen:

Neem een abonnement en download meer dan 300 actuele HR-instrumenten

Wilt u als HR-professional ook niks meer missen op uw vakgebied?