Maar een kwart verwacht meer kansen door scholingsrecht

De helft van de werknemers vindt dat de werkgever voldoende actie onderneemt om doorleren te stimuleren, maar de opleidingsmogelijkheden zijn in veel gevallen nog onduidelijk. Slechts een kwart verwacht door de invoering van het scholingsrecht (per 1 juli 2015) in de nieuwe Wet Werk en Zekerheid, meer opleidingskansen te krijgen.

Dit blijkt uit een onderzoek van NIDAP onder ruim 3 duizend werknemers die zich oriënteerden op een opleiding, uitgevoerd in samenwerking met opleidingsvergelijkingssite Springest.

Niet voor hoger salaris
Doorleren naast het werk is door de veranderde arbeidsmarkt van toenemend belang. Momenteel geeft 31 procent van de werknemers dan ook aan bezig te zijn met een opleiding, terwijl 41 procent het afgelopen jaar een opleiding heeft afgerond.

Doorleren doen werknemers niet in de hoop op een hoger salaris, want in de meeste gevallen wordt er geen salarisstijging verwacht. Vrouwen verwachten dit het minst vaak (23 procent van de vrouwen versus 28 procent van de mannen), maar als zij hier wel op rekenen, verwachten zij wel een groter verschil (18 versus 15 procent verwachte salarisverhoging).

Opleidingsmogelijkheden onduidelijk
Hoewel de helft van de werknemers meent dat zijn werkgever voldoende actie onderneemt om doorleren te stimuleren, zijn de opleidingsmogelijkheden in veel gevallen nog onduidelijk. Volgens de meeste werknemers (60%) is er dan ook geen overzicht beschikbaar van opleidingen, trainingen of cursussen die zij kunnen volgen.

Bron: onderzoek Springest

In de ICT, farmacie en dienstverlening vinden werknemers de mogelijkheden het minst duidelijk. Maar ook in de zorg en bij financiële instellingen is geen goed overzicht, terwijl in deze sectoren veel behoefte is aan continue kennisgroei en vaardigheidstraining. Alleen bij de overheid vinden werknemers hun mogelijkheden vaker duidelijk: tot 70 procent (bij de provincies) meent hier wel goed op de hoogte te zijn.

Weinig verwachtingen over scholingsrecht
Van de werknemers verwacht een kwart (26 procent) door de invoering van het scholingsrecht in de nieuwe Wet Werk en Zekerheid (per 1 juli 2015) meer opleidingskansen te krijgen.

De grootste groep (50%) verwacht echter dat de situatie gelijk blijft en antwoord neutraal op de stelling ‘Dankzij het scholingsrecht in de nieuwe Wet werk en zekerheid verwacht ik dat mijn werkgever mij straks meer leerkansen biedt’. Het overgrote deel (80%) meent dat doorleren je eigen verantwoordelijkheid blijft en dat de nieuwe wet daar niets aan zal veranderen.

Lager opgeleiden willen langer leren
Gemiddeld zijn werknemers bereid 18 uur per week aan een opleiding te besteden. Opvallend is dat lager opgeleide werknemers gemiddeld bereid zijn hier meer uren per week in te steken. Ook vrouwen en mensen die kinderen hebben zijn bereid hier meer tijd aan te spenderen. Mensen in de leeftijdscategorie 46 tot 55 willen met 24 uur per week de meeste uren investeren.

Ruben Timmerman, oprichter van Springest: ‘Mogelijk heeft dit te maken met het groeiend besef in deze groepen dat het ook of juist voor hen belangrijk is om flexibel te blijven. Je blijft natuurlijk zelf verantwoordelijk voor je loopbaan. Mensen die meer zekerheid willen ten aanzien van hun arbeidsmarktpositie, willen vanzelfsprekend meer tijd vrijmaken voor hun ontwikkeling.’

Veel opleidingsbudget blijft liggen
57 procent van de werknemers geeft aan geen opleidingsbudget te hebben. 18 procent weet niet of hij hier aanspraak op maakt. Vorig jaar bleef 40 procent van het opleidingsbudget van werkgevers echter onbesteed.

Volgens Timmerman is er nog veel winst te behalen ‘als werkgevers duidelijker communiceren over de mogelijkheden die zij bieden. Daarnaast is de fiscale aftrekbaarheid van opleidingskosten een punt waarover werknemers beter geïnformeerd kunnen worden.’

MIS NIKS MEER: Schrijf je hier in voor de gratis HR-nieuwsbrief

Doorsturen:

Neem een abonnement en download meer dan 300 actuele HR-instrumenten

Wilt u als HR-professional ook niks meer missen op uw vakgebied?